Prusa Mini+ en XL

Prusa Mini+

Specificaties Prusa printere

  • Materialen: PLA, PETG, ASA, ABS, Flex
  • Nozzle grootte: 0.4mm
  • Filament maat: 1.75mm
  • Verwarmd printbed: Ja
  • Filement sensor : Ja

Specificaties Mini

  • Afmetingen: 180x180x180mm

Meer informatie over Prusa Mini+ op site van prusa

Prusa XL 5T

Specificaties XL

  • Afmetingen: 360x360x360mm
  • 5 Toolheads

Meer informatie over Prusa XL op site van prusa

Slicen

Het mooie van een Prusa printer is dat je de Prusa Slicer kunt gebruiken, hierin is de prusa mini en XL al helemaal voorgedefinieerd en kun je deze meteen gebruiken. Je kunt de Prusa Slicer hier downloaden, installeer deze op je eigen systeem. Als je het de eerste keer start zal die vragen welke printer je hebt, selecteer hier Prusa Mini en de XL 5T

Configureren voor TkkrLab

Als je PrusaSlicer voor de eerste keer opstart moet je eerst een printer aanmaken. Voor TkkrLab is dat dus de ‘Prusa MINI+’ en ‘Prusa XL 5T’ printer. We hebben 3 printers die je via het lokale netwerk een opdracht kunt sturen. Gebruik hiervoor de TkkrLab bundle en importeer deze via ‘File -> Import -> Import Config Bundle’ in de PrusaSlicer. Hiermee worden beide fysieke printers toegevoegd en kun je deze selecteren onder ‘Printer’ dropdown rechts bovenaan in de interface.

De prusa slicer staat ook op het windows systeem naast de 3d printers, dus je kunt ook hierop de g-code genereren.

Binnen de prusa slicer selecteer het object wat je wil printen. Je kunt verder de defaults aanhouden, dit zijn wel goede waarden. Indien je wilt kun je hiervan natuurlijk afwijken.

Basis instelling voor slicen

Dit is de ‘kwaliteit’ waarmee geprint word, deze staat default op 0,15 mm laaghoogte. Deze instelling beïnvloedt de print tijd aanzienlijk, als je een lagere kwaliteit instelt, bijvoorbeeld 0,2 of 0,3 mm dan is je print aanzienlijk sneller klaar. Dit zie je dan ook wel terug in de print, maar voor bijvoorbeeld functionele delen is de look een stuk minder belangrijk.

Filament

Het materiaal waarmee je print, dit zal vooral PLA zijn, maar kan ook een ander materiaal zijn. Prusa levert instellingen voor veel materialen, deze kun je dan eenvoudig selecteren.

Supports

De meeste modellen kun je zonder support printen, vooral als deze speciaal voor FDM-printers zijn gemaakt. Mocht je toch support nodig hebben kun je de optie ‘Support on build plate only’ beste gebruiken.

Infill

Hoe solide de print gemaakt moet worden, default is 15%. Voor puur display-modellen zijn je tot 5-10% kunnen gaan, voor prints die heel stevig moeten zijn kun je tot 80-90% gaan, hoger dan dit geeft geen extra stevigheid. Ook dit heeft weer impact op je print tijd.

Brim

Een brim is een extra dikke rand rond het object zodat deze beter hecht. Normaal alleen nodig voor objecten met weinig oppervlakte op de 1e laag, bijvoorbeeld een holle cilinder.

In PrusaSlicer zijn er veel meer instellingen (in totaal iets van 400), deze hoef je normaal alleen te gebruiken als je een specifiek probleem wil oplossen. Als je in de slicer met de muis op de tekst van de instelling blijft staan geeft deze een korte uitleg met link naar uitgebreide tekst.

Als je alles goed hebt ingesteld kun je de code genereren met ‘Export G-code’ en naar USB schrijven of via het netwerk versturen.

Printen op de Prusa

Onze printers hebben een filament sensor, dus als filament op is stopt de printer en vraagt of je weer filament wil laden.

Schoon maken printplaat

Indien je print niet goed hecht kan het zijn dat de magnetische printplaat smerig/stoffig is. Maak deze schoon met een doekje met alchohol en probeer het opnieuw. Je hebt geen lijmstift of haarlak nodig om op de Prusa’s.

Filament laden (Mini)

Als er nog geen filament inzit zal de printer vragen om filament te laden. Aan de rechter zijkant is een witte buis waarin je filament in moet doen.

Filament laden (XL)

Als er nog geen filament inzit zal de printer vragen om filament te laden. Aan de zijkanten is een witte buis waarin je filament in moet doen. De koppen tellen van links (1) naar rechts (5),

Filament laden algemeen

Beging van het filament moet glad zijn, als er sliertjes of verdikking aan zit knip dit stukje af onder hoek van 45o met een zijkniptang.

Druk filament in de buis tot die niet verder gaat. Geef op de printer aan dat filament geladen kan worden, deze zal dan vragen welk materiaal het is en opwarmen. Als de printer op temperatuur is gekomen zal de printer ‘purgen’ en vragen of het de juiste kleur is. Indien dit nog niet geval is geef dan ‘No’ tot die het wel goed heeft.

Als filament is geladen kun je de print gaan starten

Printen G-code via USB

Doe de USB stick in de betreffende printer en selecteer gcode model op Prusa en selecteer ‘Print’ in het menu.

Printer zal eerst de temperatuur van kop en bed verwarmen, bed gaan levelen en dan gaan printen.

Als je een printopdracht in de printer aanzet is het verstandig om de eerste printlaag goed in de gaten te houden, als deze misgaat kun je het beste meteen opnieuw opstarten. Hierna is het verstandig om de print met 1 oog in de gaten houden (check iedere 30 min oid). Als je te printen onderdeel 1cm of hoger is mag je de printer onbeheerd laten printen, doe er wel eventueel een briefje oid bij zodat men kan zien van wie de 3d print is.

Ander materiaal laden

Via menu kies ‘Fillament’ -> ‘Change filament’, de printer begeleid je dan door de stappen.

Afsluiten printen

Als je klaar bent met printen zet dan niet zomaar de printer uit. Als je dit doet kan het zijn dat er ‘heatcreep’ plaats vindt, dus dat de hitte van de heater naar boven kruipt. Hierdoor kan de kop verstopt raken waardoor je niet meer kunt printen. Laat de printer kop afkoelen tot kamertemperatuur en zet het dan pas uit.